Snatertje Piep
Voorbij
Mijn ogen gingen open en ik zag
bomen bladeren door het dakraam
Dit keer werd ik wakker
zonder die prachtige muziek van ons.
Ik keek opzij en zag je ogen
gevuld met tranen
Je moest het doen zei je
Je vond het helemaal niet leuk.
Ik voelde me oneindig minder mooi.
Ik werd nu boos, dat moest
Ik wilde ons niet kwijt
Wat moest ik zonder ons?
Naar huis in de trein was het weer koud zoals voorheen
Was ik weer overgeleverd aan vreemden.
Beter misschien dan mij
Maar jij, oh jij bleef hangen in mijn gedachten.
“Er komt wel weer een ander” zeiden ze,
maar zo makkelijk ging dat niet.
Je kaartjes, brieven, schrijfsels
Ik keek ze nog eens door, nu in een ander licht
Was jij te mooi voor mij? Was ik mezelf of niet?
De begrafenis van ons. Het is voorbij.
Verbrand, begraven in de tijd.
Ik dank je wel, en heb geen spijt.
Neus
Kleurenboom
Hoe groeit een bloem
Uit een bol haalt de bloem voedsel in de winter.
Als het lente wordt komt hij boven de grond uit.
Eerst de steel, dan de blaadjes en dan de kroonbladeren.
En dan is de bloem af. En zijn buurvrouw is ook al af. Dan ziet hij de stamper.
Hij heeft zelf stuifmeel.
Dan besluit hij zijn buurvrouw als kado een beetje stuifmeel te geven.
Dan stuurt hij het pakketje op.
De volgende morgen heeft zijn buurvrouw vruchtjes gekregen.
En ze smaken heerlijk?
Knipoog
I need fresh air
Het was een donkere en regenachtige avond in December. Buiten klapperde de vlaggenmast in de wind.
‘Laten we gewoon gezellig doen,’ zei Stephanie. Dat was haar idee van hemel op aarde. Ik snakte naar wat frisse lucht. De hele dag tussen die gadgetfreaks was me teveel.
Ze keek vriendelijk. Dat doen vrouwen. Ze vroeg me: ‘Schrijf eens iets moois.’ Ik dacht, ieder mens is anders. Omarm ze. Hou van je vijand. En ik schreef: ‘Water klatert in mijn glas. Mij krijg je niet kapot.’
Stephanie schamperde: ‘Wazige shit. Wie ben jij eigenlijk?’ Ik zei: ‘Waar komt inspiratie vandaan? Niet van een schermpje.’ Ik dacht bij mezelf: ‘Hoe diep moet het gaan? Wat is het eindpunt? De ziel, de liefde. De kikker in de pan. Hoeveel ellende is nodig?’
Ik zei het. ‘Time to say goodbye. You are the one I love. But I cannot stay forever, Stephanie. I need fresh air.’ Haar antwoord was kort: ‘Een man emigreert naar Suriname. Komt na een week weer terug.’ Dat was misschien precies waarom ze me wou straffen. Vluchten heeft geen zin. Ik heb haar na die avond nooit meer gezien.